Zaai in trays binnen of buiten onder glas vanaf februari tot eind maart. Zaai de zaden oppervlakkig
en bedek met een laagje zaaigrond. Bedek de tray met een deksel en houd de zaden vochtig.
Verwijder het deksel zodra de zaailingen opkomen.

Verplant de zaailingen, zodra zij groot genoeg zijn om te hanteren (meestal al ze 2 á 3 bladparen hebben), in aparte potjes.

Hard ze begin mei geleidelijk af. Zet ze na 15 mei (IJsheiligen) in de vollegrond op een zonnige, beschutte plaats met eventueel wat half schaduw en goed
gedraineerde grond.

Zaai vanaf half mei tot half juli in de vollegrond op een zaaibed. Druk de zaden voorzichtig aan en bedek met een laagje zaaigrond. Houd goed vochtig en onkruidvrij. Plant de zaailingen in oktober tot november op een zonnige, beschutte plaats met half schaduw in goed gedraineerde grond. Deze
planten zullen in het daaropvolgende jaar gaan bloeien. Ridderspoor kan gevoelig zijn voor meeldauw. Ridderspoor is giftig. Trekt bijen en vlinders aan.

 

Ridderspoor zaaien, verzorgen en vermeerd

 

 

 

 

Ridderspoor ‘Galahad’ wordt groot, tot 180 cm.

 

 

 

Ridderspoor kan flink de hoogte in groeien.

 

Ridderspoor zaaien in de tuin

 

Heb je je keuze gemaakt in kleur en soort, dan kun je aan de slag. Je kunt natuurlijk zaadjes kopen. Maar wat ook kan: zaad winnen bij een bestaande plant die is uitgebloeid. Zodra de bloemen dor en droog worden, open je de zaaddozen makkelijk en valt het zaad eruit. Dit gebruik je om opnieuw in te zaaien in je tuin. De beste tijd om het zaad op te vangen is juli of augustus. Ga je voor een (gekocht) stekje om te planten, kies dan een Belladonna of Elatum. Dit zijn beide sterke en kleurvaste geslachten. Plaats zo’n drie tot vijf planten per vierkante meter. Zowel het zaaien als planten van ridderspoor in de tuin kan van maart tot eind mei.

 

Ridderspoor is er in vele kleuren.

 

Zorg voor goede grond en voeding

 

De verzorging van ridderspoor vraagt aandacht. De planten hebben namelijk veel voeding nodig om zo rijk te kunnen bloeien. Delphinium groeit en bloeit het best in de volle zon, eventueel kan halfschaduw ook. Zorg voor losse grond en meng er compost en organische mestkorrels door. Voor alle soorten is een goede, doorlatende en vochtige grond essentieel. Vandaar dat ze stuk voor stuk behoefte hebben aan verse mest op zijn tijd. Geef elk jaar een flinke mestgift in het vroege voorjaar en let er in de winter op dat de bodem niet te nat is. Veel water heeft je ridderspoor ook nodig, maar gebruik geen sproeier. Dat vergroot namelijk de kans dat de stelen omvallen. Tip: pas in het vroege voorjaar op voor slakken, want die knabbelen graag aan de jonge blaadjes. Lees wat je kunt doen tegen slakken in de tuin.

 

Steun voor de stengels

 

 

De stengels van Delphinium ‘Magic Fountains’ zijn stevig. Desondanks plaats je deze, net als andere soorten, op een beschutte plek uit de wind. Extra steun voor de zware bloemstengels is ook geen overbodige luxe, want die willen nog weleens knakken. Bind daarom elke stengel met zacht touw aan een stokje. Liefst op meerdere punten, want anders loop je het risico dat de stengel juist net boven het bindtouw gaat knakken. Je kunt ook plantensteunen plaatsen.

 

 

 

 

Een stokje geeft extra steun aan de stengels.

 

 

 

Elke twee jaar verplanten of vermeerderen

 

Wie langer dan twee jaar van Delphinium wil genieten, ontkomt niet aan het verplanten en vermeerderen van de plant. Ridderspoor houdt er namelijk niet van om meerdere jaren op één plek te blijven staan, omdat hij gevoelig is voor voedselarme bodem en schimmels. Voor veel soorten geldt: graaf de hele plant elke twee jaar uit, bij voorkeur in februari of maart. Indien nodig deel je hem in stukken, en de buitenste stukken of de complete plant, verplant je elders in de tuin. Dit kan al op 1 m afstand. Bij de hele plant schud je de wortels goed schoon en scheur je de oude delen weg tot aan de plek waar je nieuwe knoppen of ogen ziet zitten. Als je opnieuw plant, is het slim om je ridderspoor daarna met houtskoolpoeder te bestrooien. Dat helpt tegen het rotten.

 

Deze paarse ridderspoor vindt steun bij een metalen frame in de tuin.

 

Snoeien voor een tweede bloei

 

Het is mogelijk om twee keer in het jaar van ridderspoor te genieten. Knip daarvoor de uitgebloeide stengels na de eerste bloei ver terug, tot zo’n 30 cm, vlak boven een jong zijscheutje. Geef nu ook snelwerkende mest. Met een beetje geluk bloeit de plant in augustus of september dan nog eens.